
Er wordt soms geopperd dat we de laatste jaren in onderwijs gestopt zijn met het doorgeven van kennis. Dat wordt dan gezien als de oorzaak van dalende cijfers in internationaal onderzoek over de kwaliteit van onderwijs in Vlaanderen. Vaardigheden en kennis worden dan tegenover elkaar geplaatst, om te stellen dat de slinger nu weer richting kennis moet gaan.
Bovenstaand citaat haal ik niet aan om te ontkennen of betwijfelen wat onderzoek ons leert over de stand van zaken in ons onderwijs. Maar ik denk dat Mario O D’Souza ons doet nadenken over de juiste vraag over onderwijs. Die gaat niet in de eerste plaats over ‘kennis of vaardigheden?’, wel over: ‘waarom kennis? waarom vaardigheden?’
Gaat het er bv. om dat onderwijs zo goed mogelijk aansluit bij de beroepskwalificaties, zodat leerlingen vlot hun plek in het economische systeem – een job – kunnen vinden? D’Souza, verwijzend naar Jacques Maritain, suggereert dat we daarmee niet voldoende doen. Onderwijs moet bevrijdend werken, stelt hij. Kennis is wel degelijk belangrijk – let op het ‘not simply’ in het citaat – maar niet op zichzelf. Het gaat er om waar we leerlingen toe in staat stellen door die kennis.
Ik associeer het met de discussie over een filmpje dat geregeld opnieuw opduikt op social media en waarin een groep Chinese kinderen op de speelplaats synchroon met basketballen dribbelt op de speelplaats. Is dit filmpje een voorbeeld van samenwerking, zoals sommigen zeggen? Of is het een voorbeeld van conformisme, van zich leren in te passen in een groep ten koste van individuele eigenheid, zoals anderen vinden?
Op basis van het filmpje alleen kan je geen sluitend antwoord op die vragen geven, denk ik. Misschien zijn het ook niet dergelijke vragen waar het eigenlijk om gaat en moeten we ons eerder afvragen hoe kinderen door het leren van bv. een beweging, een wiskundige berekening of een grammaticale structuur meer groeien als mens, meer eigenaarschap – of, naar goede christelijke traditie, rentmeesterschap – over eigen levensloop kunnen krijgen.
Er is nog meer te zeggen over dit citaat – de link met liefde voor de waarheid, al sinds Plato één van de manieren om over de aard van onderwijs na te denken; wat we precies bedoelen met ‘bevrijding door onderwijs’, waarover Paolo Freire ons misschien meer kan zeggen – maar in deze blogpost wil ik het beperkt houden tot een pleidooi voor de juiste vraagstelling. Wanneer onderwijsmensen gepassioneerd supporteren voor team ‘meer kennis’ dan wel voor ploeg ’21° eeuwse vaardigheden’ in onderwijs, zorgt de vraag: ‘waarom doen we dit?’ er misschien voor dat het team ‘onderwijs’ is dat de winnende goal scoort.